Legale functie coffeeshop uitgangspunt bij beoordeling
De exploitatie van een coffeeshop is bijzonder. Het gebruik van een pand als coffeeshop kan planologisch niet worden gereguleerd omdat verkoop van softdrugs ingevolge de Opiumwet verboden is. Aan een coffeeshop wordt dan ook meestal alleen een horecafunctie toebedeeld. Tegenstanders van de coffeeshop opperen vaak, in juridische procedures, dat de coffeeshophouder geen beroep toekomt op bepaalde rechten die een ‘normale’ horeca-exploitant zou toekomen, omdat het de exploitant in feite te doen is om de verkoop van softdrugs in plaats van de verkoop van drank- en etenswaren. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft recent geoordeeld, in navolging van eerdere uitspraken, dat deze argumenten kant noch wal raken. Volgens de Afdeling dient bij de beoordeling van een coffeeshop uitsluitend te worden uitgegaan van de legale functie van het pand. Dit geldt ook in het geval vaststaat dat niet de horeca-activiteit, maar de verkoop van softdrugs het hoofdaandeel van de exploitatie van de coffeeshop uitmaakt. De horeca-activiteiten van een coffeeshop zijn dus leidend.