SNCU ↔ Iares B.V.
RECHTBANK ROTTERDAM
zaaknummer: 2959976 \ CV EXPL 14-16671
uitspraak: 2 mei 2014
vonnis van de kantonrechter, zittinghoudende te Rotterdam
in de zaak van
de stichting
Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten,
woonplaats: Barendrecht,
eiseres bij exploot van dagvaarding van 1 april 2014,
gemachtigde: mr. M.H.D. Vergouwen te Amsterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Iaras B.V.,
woonplaats: Rotterdam,
gedaagde,
die niet heeft gereageerd.
1. Het verloop van de procedure
Eiseres heeft gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, gedaagde te veroordelen aan eiseres te betalen € 103.747,75 met rente en kosten zoals in de dagvaarding omschreven.
Tegen gedaagde is verstek verleend.
2. De beoordeling van de vordering
De vordering komt de kantonrechter niet ongegrond of onrechtmatig voor en wordt dan ook toegewezen, een en ander voor zover hierna niet anders blijkt.
De gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten is niet toewijsbaar, nu niet is gesteld of gebleken dat de kosten vóór dagvaarding dan wel vóór de ingebrekestelling door eiseres zijn betaald aan de gemachtigde.
De gevorderde informatiekosten zijn niet toewijsbaar, nu niet gehandeld is overeenkomstig artikel 9 Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders.
3. De beslissing De kantonrechter:
veroordeelt gedaagde tot naleving van de CAO voor de Uitzendkrachten en de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche indien en voor zover deze algemeen
verbindend zijn verklaard, zulks op straffe van een dwangsom van € 1 .000,00 per dag voor iedere dag dat zij daarmee binnen vier weken na betekening van dit vonnis in gebreke is;
veroordeelt gedaagde tot het verlenen van medewerking aan een controle ter plaatse, door contact op te nemen met Providius (telefoonnummer xxxxx) teneinde een afspraak te plannen, zulks op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 voor iedere dag dat zij daarmee binnen één week na betekening van dit vonnis in gebreke is;
veroordeelt gedaagde om aan eiseres tegen kwijting te betalen € 103.747,75, vermeerderd met de wettelijke rente in de zin van artikel 6:119 BW over € 101.600,00 vanaf de dag van de dagvaarding tot de dag van algehele voldoening;
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van eiseres vastgesteld op € 1.016,80 aan verschotten en € 700,00 aan salaris voor de gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wijst af het méér of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. P. Vlaswinkel en uitgesproken ter openbare terechtzitting.