SNCU ↔ EL Khatouti UZB
vonnis
RECHTBANK ROTTERDAM Sector kanton
Locatie Rotterdam
zaaknummer: 953788 1 CV EXPL 09-1910
uitspraak: 12 februari 2009
vonnis
in de zaak van
de stichting
Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten, woonplaats: Haarlemmermeer,
eiseres bij exploot van dagvaarding van 12 januari 2009, gemachtigde: mr. M.H.D. Vergouwen te Amsterdam,
tegen
woonplaats: Rotterdam, gedaagde,
die niet heeft gereageerd.
Het verloop van het proces
Eiseres heeft gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
gedaagde te veroordelen tot naleving van de CAO voor de Uitzendkrachten en de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche en meer precies tot overlegging van de stukken zoals gespecificeerd in de brief van eiseres van 13 augustus 2008, zoals overgelegd als productie 6;
11. gedaagde te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eiseres te voldoen de somma van € 100.000,- (zegge honderdduizend euro), als forfaitaire schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de dag van deze dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
111, gedaagde te veroordelen in de buitengerechtelijke kosten ten bedrage van € 1.785,- inclusief BTW, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de dag van deze dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
IV. gedaagde te veroordelen in de kosten van deze procedure. Tegen gedaagde is verstek verleend.
Zaaknummer: 953788 \ CV EXPL 09-1910
2
De beoordeling van de vordering
De vordering komt niet ongegrond of onrechtmatig voor en wordt dan ook toegewezen, een en ander voor zover hierna niet anders blijkt.
De gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten is niet toewijsbaar, nu niet is gesteld of gebleken dat de kosten vóór dagvaarding dan wel vóór de ingebrekestelling door eiseres zijn betaald aan de gemachtigde.
De beslissing
De kantonrechter:
veroordeelt gedaagde tot naleving van de CAO voor de Uitzendkrachten en de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche en meer precies tot overlegging van de stukken zoals gespecificeerd in de brief van eiseres van 13 augustus 2008, zoals overgelegd als productie 6;
veroordeelt gedaagde om aan eiseres tegen kwijting te betalen € 101.785,00, vermeerderd met de wettelijke rente in de zin van artikel 6:119a BW over e 100.000,00 vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van eiseres vastgesteld op € 286,98 aan verschotten en € 700,00 aan salaris voor de gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wijst af het méér of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. Wetzels en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
$82
was getekend
de griffier