SNCU ↔ Europa R.N.A.T. Uitzendbureau BV

 RECHTBANK AMSTERDAM

Sector Kanton Locatie Amsterdam

Rolnummer: CV 10-30611 Vonnis van: 30 oktober 2012 F.no.: 497

Vonnis van de kantonrechter

Inzake

de stichting Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten hierna te noemen: Stichting Naleving CAO

gevestigd te Haarlemmermeer

eiseres

nader te noemen: Stichting Naleving CAO

gemachtigde: mr. drs. M.H.D. Vergouwen

tegen

de besloten vennootschap Europa R.N.A.T. Uitzendbureau BV gevestigd en kantoorhoudende te Diemen

gedaagde

nader te noemen: Europa Uitzendbureau BV

gemachtigden: mr. A.P.J.M. Verbeek en mr. dr. E. Koot

VERDERE VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Bij tussenvonnis van 20 december 2011 heeft de kantonrechter een comparitie van partijen gelast, welke op 13 februari 2012 is gehouden. Bij die gelegenheid is Stichting Naleving CAO verschenen bij haar gemachtigde. Europa Uitzendbureau BV is verschenen bij

(directeur)                          (accountant), vergezeld van haar gemachtigden. Voorafgaande aan de comparitie hebben beide partijen aanvullende stukken overgelegd. Ter zitting hebben partijen hun standpunten toegelicht – de gemachtigden van Europa Uitzendbureau BV mede aan de hand van comparitie aantekeningen — en vragen van de kantonrechter beantwoord. De griffier heeft van de zitting aantekeningen gemaakt, welke aan het dossier zijn toegevoegd. De zaak staat voor vonnis.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

1. Ter zitting heeft Stichting Naleving CAO toegelicht, dat haar vordering aldus dient te worden verstaan dat Europa Uitzendbureau BV wordt veroordeeld tot naleving van de CAO voor de Uitzendkrachten en de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche jegens de uitzendkrachten, althans tot nabetaling aan de uitzendkrachten van een bedrag van in totaal e 47.958,00, zulks op straffe van een dwangsom van e 1.000,00 per dag. De gevorderde dwangsom ziet op de vordering tot nakoming.

Voorts vordert Stichting Naleving CAO Europa Uitzendbureau BV te veroordelen tot betaling van:

– e 7.895,00 wegens forfaitaire vergoeding, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 augustus 2010;

1.785,00 wegens buitengerechtelijke incassokosten;

– de proceskosten.

1. 2.          In het tussenvonnis van 20 december 2011 heeft de kantonrechter vastgesteld, dat Europa Uitzendbureau BV onder de werking valt van zowel de CAO voor Uitzendkrachten als de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche.
2. 3.     Stichting Naleving CAO legt kort gezegd het navolgende aan haar vordering ten grondslag. Bij de Stichting Naleving CAO is medio 2008 het vermoeden gerezen dat Europa Uitzendbureau BV de CAO voor Uitzendkrachten niet volledig naleeft. In opdracht van de Stichting Naleving CAO heeft Providius BV op 17 september 2008 bij Europa Uitzendbureau BV een audit uitgevoerd die betrekking heeft op de periode vanaf 1 maart 2007 t/m 31 maart 2008. In het definitieve rapport van de audit d.d. 6 oktober 2008 meldt Providius BV dat Europa Uitzendbureau BV in of omstreeks maart 2007 is opgericht en dat tot in ieder geval april 2008 in gelijkluidende uitzendovereenkomsten de bruto beloning, inclusief de wachtdagencompensatie en de vakantietoeslag wordt vernield. De overige loontoeslag componenten (reservering vakantietoeslag, vergoeding voor feestdagen, vergoeding van vakantietoeslag over vakantie- en feestdagen, vergoeding voor kort verzuim) zijn in de arbeidsovereenkomst niet genoemd. Deze overige loontoeslag componenten worden volgens Providius BV ook niet op de salarisstrook vermeld en ook niet als zodanig uitgekeerd.
3. 4.     Europa Uitzendbureau BV stelt dat zij aan haar betalingsverplichting uit de CAO heeft voldaan. Met de uitzendkrachten is afgesproken dat de loontoeslag componenten in het bruto uurloon zijn begrepen. Dat blijkt onder meer uit de berekening, waarbij de loontoeslag componenten op het uitgekeerde bruto loon in mindering worden gebracht. Alsdan resteert een bedrag aan bruto uurloon dat op of boven de minimum loongrens van de CAO ligt. Europa Uitzendbureau BV stelt dat zij als startende onderneming niet wist dat die overige loontoeslag componenten expliciet benoemd moesten worden. Ter ondersteuning legt Entnna Uitzendbureau BV over verklaringen van – kennelijk – uitzendkracht       t, bedrijfsleider                 en directeur grootaandeelhouder

Voorts ligt het volgens Europa Uitzendbureau I3V voor de hand dat zij als startende ondernemer niet substantieel hogere bruto lonen aan uitzendkrachten gaat uitkeren dan volgens de CAO vereist is.

1. 5.     De kantonrechter stelt voorop, dat in de periode vanaf maart 2007 tot en met maart 2008 Europa Uitzendbureau BV met de uitzendkrachten overeenkomsten aangaat waarin in artikel 4 staat vermeld dat het salaris E 8,90 bruto per uur incl. wachtgeldcompensatie bedraagt en dat daarnaast 8% vakantietoeslag wordt uitgekeerd. In de tekst van de arbeidsovereenkomsten worden de overige loontoeslagcomponenten niet genoemd. Ook in de in 2007 en 2008 verstrekte loonspecificaties zijn die overige loontoeslag componenten niet vermeld.

De enkele omstandigheid dat na aftrek van de overige loontoeslag componenten van het uitgekeerde brutoloon een brutoloon bedrag resteert dat op of boven de minimumgrens van de CAO ligt is op zichzelf onvoldoende om aannemelijk te achten dat Europa Uitzendbureau BV indertijd met de uitzendkrachten is overeengekomen dat die overige looncomponenten in het brutoloon zijn begrepen.

Europa Uitzendbureau BV heeft nog 3 schriftelijke verklaringen overgelegd, waarvan slechts 1 van een uitzendkracht is. In deze verklaring, opgemaakt en ondertekend op 10 februari 2012, merkt de uitzendkracht op dat hij zich ervan bewust is dat in 2007 en 2008 in het bruto loon de overige loontoeslag componenten begrepen waren. Dat die uitzendkracht zich ervan bewust is betekent naar het oordeel van de kantonrechter niet dat het indertijd is overeengekomen. Europa Uitzendbureau BV heeft ook geen concrete feiten en omstandigheden gesteld, waaruit kan worden afgeleid dat bij het aangaan van de uitzendovereenkomsten (door Europa Uitzendbureau BV) is verklaard en (uitzendkrachten) gerechtvaardigd uit die verklaring hebben begrepen dat die overige loontoeslag componenten in het bruto loon waren begrepen.

Het voorgaande leidt ertoe dat naar het oordeel van de kantonrechter Europa Uitzendbureau BV bij het aangaan van de overeenkomsten met de uitzendkrachten in de periode vanaf 1 maart 2007 tot 31 maart 2008 geen overige loontoeslag componenten is overeengekomen en dientengevolge in strijd met de CAO die overige loontoeslag componenten ook niet heeft uitgekeerd.

1. 6.          Vervolgens rijst de vraag welk totaalbedrag Europa Uitzendbureau BV aan achterstallige overige loontoeslag componenten aan de toenmalige uitzendkrachten heeft uit te keren,
2. 7.        Stichting Naleving CAO baseert zich op de berekening van Providius BV, De                   . berekening van Providius BV is kort gezegd als volgt. In 2007 is het totale loon volgens de loonstaat C 270.113,00. In dit bedrag is de vakantietoeslag begrepen, zodat na aftrek van die vakantietoeslag een bedrag resteert van C 250.105,00. Voor de berekening stelt Stichting Naleving CAO het percentage aan overige loontoeslag componenten op 15,15%, zodat het totale bedrag over 2007€ 37.891,00 bedraagt.

Het brutoloon over het eerste kwartaal van 2008 wordt door Providius BV begroot op

72.000,00 bruto. Na aftrek van de vakantietoeslag resteert het bruto bedrag van

66.667,00. Over dit restantbedrag wordt in de berekening een iets lager percentage aan overige loontoeslag componenten genomen dan in 2007, zodat het totale bedrag aan overige niet uitbetaalde loontoeslag componenten over het eerste kwartaal van 2008 door Providius BV op C 10.067,00 wordt begroot.

1. 8.          Europa Uitzendbureau BV brengt tegen deze berekening in dat Providius BV ten

onrechte het bruto loon van de werknemers                              (directeur grootaandeelhouder),

(bedrijfsleider) en 1 (directeur grootaandeelhouder) heeft betrokken. Op de comparitie van partijen heeft Stichting Naleving CAO erkend, dat het bruto loon van die drie werknemers in de berekening buiten beschouwing moeten worden gelaten omdat zij geen uitzendkrachten zijn.

1. 9.          Op basis van de verstrekte gegevens komt de kantonrechter tot de volgende berekening.

Het bruto loon van die drie werknemers gezamenlijk bedraagt in 2007 (afgerond) €52.668,00. Derhalve is het totale brutoloon in 2007 €217.445,00 (€270.113,00 minus C 52.668,00). Na aftrek van de vakantietoeslag resteert het bedrag van C 201.337,00 bruto. Als over dat bedrag het percentage van 15,15% voor overige loontoeslag componenten wordt genomen, leidt dat tot het bedrag van (afgerond) e 30.502,00.

Voor het eerste kwartaal van 2008 is het totale bruto loon begroot op 72.000,00. De kantonrechter schat op basis van de verstrekte gegeven het bedrag aan bruto loon in het eerste kwartaal van 2008 van de drie werknemers   en            op E 16.000,00. Alsdan is het totale bedrag aan bruto loon dat in het eerste kwartaal van 2008 aan uitzendkrachten is uitbetaald C 56.000,00. Als van dat bedrag de

vakantietoeslag in aftrek wordt genomen resteert een bedrag van (afgerond) E 51.851,00.

Als over dat bedrag het percentage van (iets minder dan) 15,15% wordt genomen, is het bedrag aan niet uitbetaalde overige loontoeslageomponenten over het eerste kwartaal van 2008 te begroten op e 7.840,00.

1. 10.   Het voorgaande leidt ertoe dat het bedrag aan niet uitbetaalde overige loontoeslagcomponenten over de periode vanaf maart 2007 tot en met maart 2008 is te begroten op (maximaal) € 38.342,00 (€30.502,00 +€ 7.840,00).

11. Ter zitting heeft Europa Uitzendbureau BV verklaard dat haar bekend is welke uitzendkrachten in de periode vanaf maart 2007 tot en met maart 2008 op de overige loontoeslag componenten aanspraak kunnen maken. Dit leidt ertoe dat de kantonrechter de vordering tot nakoming als hierna vermeld zal toewijzen. De gevorderde dwangsom zal de kantonrechter maximaliseren. Voorts dient aan Europa Uitzendbureau BV een redelijke termijn te worden gegund om met de (voormalige) uitzendkrachten in contact te komen, het individueel aan hen toekomende bedrag te berekenen, de actuele bankgegevens van die uitzendkrachten te verkrijgen en het bedrag over te maken. Onder deze omstandigheden is de dwangsom eerst verschuldigd indien Europa Uitzendbureau BV binnen 3 maanden na betekening van dit vonnis nalaat de veroordeling tot nakoming te voldoen.

1. 12.   Doordat Europa Uitzendbureau BV binnen de gestelde termijn niet  . – de door de Stichting Naleving CAO verlangde verklaringen heeft afgelegd; – de onbetaalde overige toeslag componenten alsnog aan de uitzendkrachten heeft

uitbetaald;

maakt Stichting Naleving CAO aanspraak op een forfaitaire vergoeding van e 7.895,00. De grondslag voor die vergoeding is gelegen in artikel 6 lid 1 Reglement Werkwijze. Bij de berekening van de forfaitaire vergoeding wordt rekening gehouden met het aantal werknemers, een brutobedrag, het aantal weken dat de overtreding heeft geduurd en een correctiefactor variërend van 0,5% tot 2,5%.

Mede uitgaande van deze uitgangspunten, waarbij de kantonrechter voor de correctiefactor en de hoogte van de forfaitaire vergoeding tevens betrekt dat Europa Uitzendbureau BV haar loonadministratie op orde heeft gebracht nadat zij erop is gewezen dat haar loonuitbetalingen niet aan de CAO voldeed, Europa Uitzendbureau BV ten tijde van de overtreding een startende onderneming was en niet is gebleken dat desbewust en weloverwogen de CAO werd overtreden en Europa Uitzendbureau BV aan de uitzendkrachten royale bruto lonen uitkeerde die boven de minimumgrens van de CAO lagen, stelt de kantonrechter het bedrag aan forfaitaire vergoeding op C 5.500,00.

13. Stichting Naleving CAO erkent dat in het bedrag aan forfaitaire vergoeding tevens een vergoeding is begrepen van gemaakte kosten om Europa Uitzendbureau BV tot naleving van de CAO te bewegen. Onder deze omstandigheden wordt mede in het licht van de aard en de omvang van de buitengerechtelijke werkzaamheden de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten afgewezen.

14. Bij deze uitkomst van de procedure, waarbij een deel van de vordering van Stichting Naleving CAO wordt afgewezen, veroordeelt de kantonrechter Europa Uitzendbureau BV in de proceskosten voorzover betrekking hebbend op het griffierecht en de dagvaardingskosten, maar compenseert de kantonrechter het salaris gemachtigde in die zin dat ieder der partijen de eigen kosten draagt.

BESLISSING

De kantonrechter:

veroordeelt Europa Uitzendbureau I3V tot nakoming van de CAO voor de Uitzendkrachten door aan haar uitzendkrachten in de periode vanaf maart 2007 tot en met maart 2008 alsnog uit te betalen de overige loontoeslag componenten tot een totaalbedrag van (maximaal) E 38.342,00, zulks op straffe van een dwangsom van e 250,00 per dag tot een maximum van E 50.000,00 voor iedere dag dat Europa Uitzendbureau BV na 3 maanden na betekening van dit vonnis in gebreke blijft aan deze nabetaling te voldoen;

veroordeelt Europa Uitzendbureau BV tot betaling aan Stichting Naleving CAO van 5.500, wegens forfaitaire vergoeding, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 augustus 2010 tot aan de dag van algehele voldoening;

111.       veroordeelt Europa Uitzendbureau BV tot betaling van E 295,93 wegens proceskosten, bestaande uit het griffierecht (e 208,00) en dagvaardingskosten 87,93) en compenseert het salaris gemachtigde in die zin dat ieder der partijen de eigen kosten draagt;

1. IV.                 verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
2. V.                   wijst af het meer of anders gevorderde.