SFT ↔ Nijkerkse Taxi Centrale v.o.f.

RECHTBANK GELDERLAND

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Arnhem

zaakgegevens 22709941 CV EXPL 13-115191 51\516
uitspraak van 8 januari 2014

vonnis

in de zaak van
de stichting Stichting Sociaal Fonds Taxi
gevestigd te Culemborg
eisende partij
gemachtigde mr. M.W.M. Heijlaerts

tegen
1
de vennootsehap onder firma Nijkerkse Taxi Centrale v.o.f.
gevestigd te Nijkerk
gedaagde partij

2.
XXX
wonende te
gedaagde partij
procederend in persoon

3.
XXX
wonende te
gedaagde partij
procederend in persoon

Partijen worden hierna SFT en Nijkerkse Taxi Centrale genoemd.

De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
– de dagvaarding van 23 juli 2013 met producties
– de conclusie van antwoord met producties
– de conclusie van repliek met producties
– de conclusie van dupliek.

2. De vaststaande feiten
2.1 SFT is een onafhankelijke, door de werkgevers- en werknemersorganisaties opgerichte stichting die controleert of in de bedrijfstak taxivervoer de CAO Taxivervoer en de CAO Taxivervoer Sociaal Fonds correct worden nageleefd.

2.2 De Nijkerkse Taxi Centrale heeft een taxibedrijf. Zij is gebonden aan voornoemde CAO’s.

2.3 Op 1 juli 2011 heeft SFT bij de Nijkerkse Taxi Centrale een onderzoek uitgevoerd betreffende de naleving van de CAO Taxivervoer en CAO SFT. Daarbij heeft zij een aantal overtredingen geconstateerd.

2.4 Bij brief van 11 juli 2011 heeft SFT De Nijkerkse Taxi Centrale verzocht om de geconstateerde overtredingen te corrigeren en ten bewijze daarvan de navolgende stukken opgevraagd:
– de berekening loonspecificatie en betalingsbewijs van de looncorrectie van werknemer XXX in de periode juli 2010 tot juli 2011;
– de berekening loonspecificatie en betalingsbewijs van de verlofcorrectie van werknemer XXX in de periode juli 2010 tot juli 2011;
– de berekening loonspecificatie en betalingsbewijs van de vakantietoeslag over de vakantiedagen van werknemer XXX in de periode juli 2010 tot juli 2011;
– de pensioenspecificaties van de maanden november 2010, december 2010, januari 2011, april 2011 en mei 2011.

2.5 De Nijkerkse Taxi Centrale heeft op voornoemde brief niet gereageerd.

2.6 Bij brieven van 7 november 2011, 2 april 2012 en 9 juli 2012 heeft SFT de Nijkerkse Taxi Centrale nogmaals verzocht om onder rechtsoverweging 2.4 genoemde stukken te overleggen.

3. De vordering
3.1 SFT vordert thans voor zover mogelijk bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad de hoofdelijke veroordeling, des de een betaald de ander zal zijn bevrijd, van de Nijkerkse Taxi Centrale:

I. tot naleving van de Taxi CAO en de CAO SFT en meer in het bijzonder tot overlegging van de stukken als genoemd onder rechtsoverweging 2.4, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 250,- voor iedere dag dat zij met enig onderdeel van het gevorderde in gebreke blijft, totdat de vordering volledig is voldaan;
II. tot betaling van € 6.500,- als forfaitaire schadevergoeding, te vermeerderen met de
wettelijke rente over dit bedrag vanaf 23 juli 2013 tot de dag der algehele voldoening;
III. tot betaling van de buitengerechtelijke kosten ad € 847,-;
IV. tot betaling van de kosten van dit geding.

3.2 Aan haar vorderingen heeft SFT kort samengevat, het volgende ten grondslag gelegd. De Nijkerkse Taxi Centrale heeft de onder rechtsoverweging 2.4 genoemde stukken niet (tijdig en volledig) aan SFT verstrekt. Nu De Nijkerkse Taxi Centrale daarmee onvoldoende inzicht heeft gegeven in de door haar gevoerde administratie is het voor SFT onmogelijk om toezicht te houden op de naleving van de kernbepalingen van de CAO’s. Dientengevolge heeft SFT de bevoegdheid om een schadevergoeding te vorderen conform de regels zoals deze in de CAO Taxivervoer Sociaal Fonds zijn overeengekomen. De Nijkerkse Taxi Centrale heeft ondanks aanmaning en sommatie niet betaald. SFT heeft zich dan ook genoodzaakt gezien om de vordering uit handen te geven. De Nijkerkse Taxi Ccntrale is dan ook buitengerechtelijke kosten verschuldigd. Omdat betaling is uitgebleven heeft SFT De Nijkerkse Taxi Centrale uiteindelijk in rechte betrokken.

4. De beoordeling

4.1 De kantonrechter stelt vast dat Dc Nijkerkse Taxi Centrale de onder 2.4 genoemde bescheiden ten aanzien van de loonspecificaties eerst bij conclusie van antwoord en derhalve niet tijdig heeft overgelegd en de gegevens omtrent de pensioenspecificaties heeft de Nijkerkse Taxi Centrale niet (volledig) overgelegd Op grond van de CAO Taxivervoer Sociaal Fonds heeft SFT derhalve de forfaitaire schadevergoeding in rekening kunnen brengen omdat De Nijkerkse Taxicentrale daarmee onvoldoende (tijdig) heeft meegewerkt aan de controle op de CAO’s. De vordering ten aanzien van de forfaitaire schadevergoeding ligt dan ook, in beginsel, voor toewijzing gereed.

4.2 Ten aanzien van deze schadevergoeding heeft De Nijkerkse Taxi Centrale betoogd dat zij buitenproportioneel is en heeft verzocht om matiging ervan. De Nijkerkse Taxi Centrale heeft aangevoerd dat bij het berekenen van de schadevergoeding SFT is uitgegaan van een minimumpremieafdracht van 125,- dit terwijl de premieafdracht voor haar in 2011 slechts € 63,- per week heeft bedragen. Voorts zijn volgens de Nijkerkse Taxi Centrale de bij conclusie van antwoord verstrekte pensioengegevens bekend bij het pensioenfonds door middel van meerdere brieven. Een en ander is derhalve aanleiding voor matiging aldus de Nijkerkse taxi Centrale, hetgeen SFT betwist.

4.3. De kantonrechter ziet in hetgeen door De Nijkerkse Taxi Centrale is aangevoerd geen reden tot verdere matiging van de boete nu SFT bij het vaststellen van de schadevergoeding al is uitgegaan van het minimumtarief van € 125,-. Daar komt bij dat De Nijkerkse Taxi Centrale wel gesteld heeft dat de door haar bij conclusie van antwoord verstrekte pensioengegevens bij het pensioenfonds bekend zijn maar dit door SFT wordt betwist. Nu de Nijkerkse Taxicentrale haar standpunt op dit punt niet nader heeft onderbouwd, bijvoorbeeld door het overleggen van de door haar gestuurde brieven, is voor de kantonrechter niet komen vast te staan dat het pensioenfonds is voorzien van de juiste informatie.

4.4 Wel ziet de kantonrechter reden de dwangsom te matigen en te maximeren zoals hierna bepaald.

4.5 De kantonrechter acht voldoende aannemelijk gemaakt dat SFT buitengerechtelijke
werkzaamheden heeft verricht dan wet heeft laten verrichten en dat hiervoor kosten zijn gemaakt. Het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke kosten ad 847,- (incl BTW) is in overeenstemming met de gebruikelijke en redelijke tarieven en wordt daarom toegewezen.

4.5. De Nijkerkse Taxi Centrale zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten.

5. De beslissing

De kantonrechter

5.1 veroordeelt de Nijkerkse Taxi Centrale hoofdelijk, des de een betaald de ander zal zijn bevrijd, tot betaling van de forfaitaire schadevergoeding ad € 6.500,-, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 23 juli 2013 tot de dag der algehele voldoening alsmede tot overlegging van de pensioenspecificaties als bedoeld onder rechtsoverweging 2.4, binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 100,- voor iedere dag dat zij hiermee in gebreke blijft met maximum van € 5.000,-;

5.2 veroordeelt De Nijkerkse Taxi Centrale in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van XXX en XXX begroot op € 99,82 aan dagvaardingskosten, € 448,- aan griffierecht en € 500,00 aan salaris voor de gemachtigde;

5.3 verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;

5.4 wijst het meer of anders gevorderde af.

Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. W.H. van Empel en in het openbaar uitgesproken op 8 januari 2014.

---