SFT ↔ xxx
vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Sector Kanton – Locatie Amsterdam
Zaaknummer: 1146720 KK EXPL 10-432
Vonnis van: 6 mei 2010
F.no.: 569
Vonnis in kort geding van de kantonrechter te Amsterdam in de zaak van:
de stichting STICHTING SOCIAAL FONDS TAXI gevestigd te Culemborg
eiseres
nader te noemen SFT
gemachtigde: mr. M.W.M. Heijlaerts
tegen
gevestigd te gedaagde
nader te noemen
niet verschenen.
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
SFT heeft bij dagvaarding van 22 april 2010 een voorziening gevorderd.
Ter terechtzitting van 28 april 2010 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. Namens SFT is haar gemachtigde verschenen. Namens is niemand verschenen ondanks dat zij deugdelijk is opgeroepen. Van hetgeen ter zitting is besproken heeft de griffier aantekening gehouden. Deze aantekeningen zijn bij de stukken gevoegd.
Vervolgens is vonnis bepaald op heden.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
De inhoud van de dagvaarding geldt als hier herhaald en ingelast.
De vordering komt de kantonrechter niet ongegrond of onrechtmatig voor zodat deze wordt toegewezen met inachtneming van het volgende.
Ter zitting heeft de kantonrechter aan de gemachtigde van SFT reeds meegedeeld dat de dagvaarding secuur zal worden nagekeken. Een deel van de vordering wordt afgewezen, of deels toegewezen, omdat delen van de vordering te vaag zijn om te worden toegewezen.
Tevens worden de vorderingen waarbij andere(n) dan SFT zijn betrokken als eiseres afgewezen. De kantonrechter bedoelt daarmee de vorderingen waar met naam genoemde werknemers van bij betrokken zijn. Deze zijn geen partij in deze procedure.
Ten slotte wordt productie 4 van eiseres waarnaar zij verwijst in haar petitum van de dagvaarding buiten beschouwing gelaten. Een dergelijke verwijzing naar een productie die bestaat uit een brief met uitleg kan geen grondslag vormen voor een petitum en een daarop gebaseerd dictum.
De door SFT gevorderde dwangsom wordt gemaximeerd tot E 10.000,00 en zal een aanvang nemen 14 dagen na betekening van dit vonnis.
Voor het toewijzen van wettelijke rente over de buitengerechtelijke kosten heeft SFT onvoldoende gesteld. Dit deel van de vordering wordt afgewezen.
Nu overwegend in het ongelijk is gesteld wordt zij veroordeeld in de kosten van de procedure gevallen aan de zijde van SFT.
BESLISSING
De kantonrechter:
veroordeelt :
– tot aanpassing van haar arbeidsadministratie door erop toe te zien dat haar chauffeurs de week- en rittenstaten conform de eisen van het besluit personenvervoer invullen;
– tot het hanteren van een onregelmatigheidstoeslag van C 1,05 en arbeidscontracten en loonspecificaties dienovereenkomstig aan te passen;
– om de onregelmatigheidstoeslagen vanaf 2007 te corrigeren en na te betalen aan haar medewerkers en hiervan de berekeningen, loonspecificaties en betalingsbewijzen over te leggen aan SFT;
– om de Cao-loonsverhoging van juli 2008 en de tredeverhogingen van januari 2009 in het loon door te voeren en niet terugwerkende kracht te corrigeren en na te betalen en bewijsstukken hiervan (loonspecificaties en betalingsbewijzen) over te leggen aan SFT;
– om een Cao — conforme vakantiedagenregistratie op te zetten voor alle werknemers vanaf januari 2007 en een afschrift hiervan aan SFT over te leggen;
– om de feestdagenregeling van de Cao toe te passen en de uren die op feestdagen zijn gewerkt aan de betreffende medewerkers uit te betalen of te compenseren in tijd en bewijsstukken, bijschrijving op verlofkaart/tijd voor tijd regeling of loonspecificaties, over te leggen aan SFT;
– om kopieën van de verzamelloonstaten van 2007 en 2008 aan SFT over te leugen;
– om de pensioenopgaven van de werknemers over de jaren 2007, 2008 en 2009 te doen en de afrekennota’s van deze (pre)pensioenen over 2007 tot en met 2009 inclusief bijbehorende specificaties over te leggen aan SFT;
– om de berekeningen voor de pensioeninhoudingen te corrigeren en het teveel ingehouden pre(pensioen) bij haar werknemers over de jaren 2007 en 2008 aan deze terug te betalen en berekeningen en bijbehorende betalingsbewijzen aan SFT over te leggen;
– om een overzicht van alle werknemers waarop vermeld hun loon, inschaling, aantal ervaringsjaren en diploma’s aan SFT over te leggen;
– tot betaling van een dwangsom aan SFT van E 250,00 per dag met een maximum van
E 10.000,00 voor iedere dag dat niet voldoet aan hetgeen waartoe zij hiervoor is veroordeeld met ingang van 14 dagen na betekening van dit vonnis aan ;
– tot betaling aan SFT van E 535,00 aan buitengerechtelijk incassokosten;
11. veroordeelt in de kosten van het geding tot op heden begroot op:
-griffierecht: C 298,00
-kosten dagvaarding: E 84,63
-salaris gemachtigde: C 400,00
totaal: E 782,63
één en ander, voor zover verschuldigd, inclusief BTW verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad; IV. wijst af het meer of anders gevorderde.