SFT ↔ xxx Amsterdam
vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
KORT GEDING Sector Kanton
Locatie Amsterdam
Zaaknummer: 1065392 KK EXPL 09-693 Vonnis van: 24 juli 2009
Vonnis in kort geding van de kantonrechter
Inzake
de stichting
STICHTING SOCIAAL FONDS TAXI, gevestigd te Culemborg,
eiseres,
nader te noemen de Stichting,
gemachtigde: mr. M.H.D. Vergouwen,
tegen
wonende te Amsterdam, gedaagde,
nader te noemen F
in persoon verschenen.
HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Bij dagvaarding van 10 juli 2009 heeft de Stichting een voorziening bij voorraad gevorderd.
Ter terechtzitting van 16 juli 2009 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevon-den. De Stichting is verschenen bij de heer M. Heijlaerts — werkzaam bij de Stichting als hoofd controleafdeling — vergezeld door haar gemachtigde. is verschenen en heeft ter zitting mondeling verweer gevoerd. Door de griffier zijn aantekeningen gehouden. Deze aantekeningen zijn aan het dossier toegevoegd.
Vervolgens is vonnis bepaald op heden.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Feiten
1. Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet (voldoende) betwist, alsmede op grond van de in zoverre niet bestreden inhoud van de overgelegde producties, geldt in dit geding het volgende als uitgangspunt.
Sinds 1985 vindt er in de bedrijfstak taxivervoer controle plaats op de naleving van de CAO Taxivervoer. Deze controle wordt verricht door de Stichting. De Stichting heeft met name de taak toe te zien op de correcte naleving van de CAO. De CAO Taxivervoer is algemeen verbindend verklaard op 22 oktober 2007._
Er bestaat tevens een CAO Taxivervoer Sociaal Fonds. Laatstgenoemde CAO is algemeen verbindend verklaard op 17 februari 2004.
Artikel 7 van de CAO Taxivervoer Sociaal Fonds luidt, voor zover van belang, als volgt:
De werkgever is gehouden desgevraagd aan het SFT afschriften van administratieve bescheiden, waaronder ook begrepen roosters, rittenstaten, een opgave van verreden kilometers en opgave van te rijden routes et cetera, ter hand te stellen of toe te zenden, voor zover deze bescheiden betrekking hebben op de arbeidstijdregistratie, de loonbetaling en de registratie en betaling van overuren, de betaling van vergoedingen, de vakantiedagenregistratie, de aanvulling tijdens arbeidsongeschiktheid, alsmede bescheiden die betrekking hebben op de eventuele correcties van vastgestelde afwijkingen van de CAO Taxivervoer en de daarop gebaseerde nabetalingen aan de werknemers. Ten blijke dat de op de loonspecificaties vermelde netto bedragen daadwerkelijk per betalingsperiode zijn uitbetaald aan de werknemers en/of eventuele nabetalingen daadwerkelijk zijn uitbetaald, dienen door de werkgever de door de werknemer getekende en gedateerde loonbetalingsbewijzen en/of dagafschriften van bank- of giro-afschrijvingen overgelegd te worden of in afschrift aan het SFT te worden toegezonden.
Op grond van de CAO’s is een onderneming c.q. werkgever gehouden aan te tonen dat hij de bepalingen van de CAO’s naleeft. Dit moet blijken uit de door of namens de onderneming c.q. werkgever gevoerde inzichtelijke en deugdelijke adriSiniS4ratie.
Indien de onderneming c.q. werkgever niet voldoet aan zijn verplichting inzichtelijk te maken dat hij de bepalingen van de CAO’s naleeft, is hij op grond van artikel 9 van de CAO Taxivervoer Sociaal Fonds een forfaitaire schadevergoeding verschuldigd.
drijft een onderneming die tegen betaling personenvervoer verricht in de zin van de Wet Personenvervoer. Het bedrijf van vatt onder werkingssfeer van beide, hiervoor vermelde, CAO’s.
1.7. Op 14 oktober 2008 heeft de Stichting aangeschreven in het
kader van een schriftelijk onderzoek naar de naleving van de CAO’s.
De Stichting heeft P daarbij verzocht binnen een termijn van 15
dagen verscheidene administratieve stukken over te leggen.
1.8. L heeft niet voldaan aan het onder 1.7. vermelde verzoek van de Stichting. Bij brief van 5 november 2008 heeft de Stichting
herinnerd aan het verzoek van 14 oktober 2008 en daarbij een nieuwe termijn van 5 dagen gegund teneinde alle stukken over te leggen. – heeft ook hier geen gehoor aan gegeven.
1.9. Bij brief van 3 december 2008 heeft de Stichting nogmaals
herinnerd aan het verzoek en daarbij wederom een termijn
gegund, van 3 dagen, om aan het verzoek van de Stichting te voldoen.
1.10. Bij — aangetekende — brief van 9 december 2008 heeft de Stichting
_nogmaals aangeschreven en daarbij verzocht te voldoen aan het
verzoek van 14 oktober 2008. De Stichting heeft voorts bij deze brief
in gebreke gesteld voor zover de gevraagde stukken niet binnen 14 dagen zou overleggen, zulks op straffe van het verbeuren van de forfaitaire schadevergoeding.
1.11. heeft op de onder 1.10. vermelde brief niet gereageerd en hij
heeft niet voldaan aan het — herhaalde — verzoek van de Stichting.
1.12. Bij brief van 25 mei 2009 heeft de gemachtigde van de Stichtin gesommeerd tot het voldoen aan het verzoek van de Stichting. Ook op deze brief heeft ‘niet gereageerd.
Vordering
2. De Stichting vordert bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van
tot naleving van de taxi CAO en meer precies tot overlegging van de bescheiden zoals gespecificeerd onder punt 7 van de dagvaarding, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van 250,- voor iedere dag dat na betekening van het vonnis met enig onderdeel van het
gevorderde in gebreke blijft, totdat volledig aan de vordering is voldaan;
11. tot betaling aan de Stichting, tegen behoorlijk bewijs van kwijting, van het bedrag van 125,-, als forfaitaire schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de dag van dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
111. tot voldoening van de buitengerechtelijke kosten tot een bedrag van
E 535,- inclusief BTW, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de
dag van dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening: IV. in de kosten van dit geding.
3. De Stichting stelt het volgende, runt een onderneming die tegen betaling personenvervoer verricht in de zin van de Wet Personenvervoer. De onderneming van valt derhalve onder de werkingssfeer van de twee
CAO’s. Op grond van de CAO’s heeft de verplichting aan te tonen dat hij
de bepalingen van de CAO naleeft. De Stichting – welke is belast met de controle op naleving van de CAO’s – heeft bi óp 14 oktober 2008 diverse administratieve bescheiden opgevraagd in de zin van artikel 7 van de CAO
Taxivervoer Sociaal Fonds. 1 !heeft echter niet voldaan aan het verzoek van de Stichting, ook niet na diverse herinneringsbrieven en een sommatie door
de gemachtigde. De Stichting vordert dan ook dat wordt veroordeeld tot het voldoen aan haar verzoek en tot het overleggen van de gevraagde stukken.
Nu – niet tijdig heeft voldaan aan het verzoek van de Stichting is hij op grond van artikel 9 van de CAO Taxivervoer Sociaal Fonds een forfaitaire schadevergoeding verschuldigd. Deze schadevergoeding bedraagt € 125,-. Wegens het niet tijdig voldoen aan het verzoek en het niet betalen van de
schadevergoeding is de Stichting genoodzaakt geweest tot het treffen van
incassomaatregelen en tot het uit handen geven van haar vordering. is
clarLook_levemdatuitengerechteirke kosten ad € 535.-, te vermeerderen met
de wettelijke rente, verschuldigd. Tevens dient te worden veroordeeld in
de proceskosten aan de zijde van de Stichting.
Verweer
4. Ter zitting heeft mondeling verweer gevoerd. Hij erkent dat hij de door de Stichting opgevraagde administratieve bescheiden dient over te leggen. Hij heeft toegezegd zijn boekhouder te vragen contact op te nemen met de Stichting teneinde zo spoedig mogelijk te voldoen aan het verzoek van de Stichting.
a heeft verwoord dat hij door bepaalde omstandigheden niet tijdig heeft voldaan aan het verzoek van de Stichting. Hij betwist echter de gevorderde (proces)kosten te zijn verschuldigd.
Beoordeling
5. In dit kort geding dient te worden beoordeeld of de in deze zaak aannemelijk te achten omstandigheden een ordemaatregel vereisen dan wel of de vordering van de Stichting in een bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft dat het gerechtvaardigd is op de toewijzing daarvan vooruit te lopen door het treffen van een voorziening zoals gevorderd. Het navolgende behelst dan ook niet meer dan een voorlopig oordeel over het geschil tussen partijen.
6. Tussen partijen is niet in geschil dat de bepalingen van de onder 1.1. en
1.2. vermelde CAO’s dient na te leven. Voorts is niet in geschil dat. dient
te voldoen aan het verzoek van de Stichting diverse administratrevé stukken
over te leggen om na te gaan of de bepalingen van de CAO’s correct
naleeft. Tevens is niet in geschil da tot op heden niet heeft voldaan aan het verzoek van de Stichting. De vordering van de Stichting tot, het overleggen van de gevraagde stukken zal dan ook worden toegewezen. Onder punt 7 van de inleidende dagvaarding heeft de Stichting de stukken genoemd welke
aan haar dient toe te zenden. , heeft de lijst met stukken niet weerspcoken.
zal dan ook de hieronder op te nemora administratieve bescheiden aan de
Rechtbank Amsterdam Sector Kanton Amsterdam KK 09-693 pagina – 5 –
Stichting dienen af te geven. Aan E wordt hiervoor een termijn — na betekening van dit vonnis — van 14 dagen gegeven:
een overzicht van alle personen die in de controleperiode werkzaam zijn geweest bij i in het taxivervoer met geboortedatum, datum in- en eventueel uitdiensttreding, soort dienstverband en het bruto uur-, 4 weken- of maandloon;
een kentekenlijst;
Verder van al deze personen:
– arbeidsovereenkomsten;
de arbeidstijdadministratie in elke vorm (rittenstaten, weekstaten en urenlijsten);
•
– de loonspecificaties:
betalingsbewijzen (bank- en/of giroafschriften; getekende kasbewijzen);
kopie van de voorschot- en afrekennota van het voorgaande jaar van het PVF inzake SF-bijdrage;
verzamelloonstaat van het voorgaande kalenderjaar;
controle pensioenafdrachten betreffende het volledige kalenderjaar voorafgaand aan de controleperiode:
• voorschot- en afrekennota’s ouderdompensioen (inclusief correctienota’s) met de bijbehorende specificaties;
• eerste en laatste loonstrook van dat jaar van iedere werknemer (januari en december tenzij de werknemer halverwege dat jaar in of uit dienst is gegaan);
• indien op de loonstroken geen cumulatieve bedragen worden vermeld betreffende de ingehouden pensioenpremie, aantal gewerkte uren of bedrag aan meeruren (voorzover van toepassing) heeft de Stichting alle loonstroken van dat jaar nodig.
7. Verder is niet in geschil dat nul niet tijdig aan het verzoek van de Stichting heeft voldaan, hij op grond van artikel 9 van de CAO. Taxivervoer Sociaal Fonds een forfaitaire schadevergoeding is verschuldigd. heeft het bedrag van € 125,- niet weersproken. Dit bedrag zal dan ook worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding tot de dag der algehele voldoening.
8. De Stichting heeft tevens een bedrag van € 535,-, te vermeerderen met de wettelijke rente, gevorderd. Deze vordering z& worden zal – mede gelet op de door deze rechtbank gevolgde aanbevelingen van het Rapport Voorwerk 11 – worden afgewezen. De Stichting heeft immers niet voldoende aannemelijk gemaakt dat de kosten betrekking hebben op verrichtingen die meer omvatten dan een enkele (eventueel herhaalde) aanmaning, het enkel doen van een (niet aanvaard) schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het
op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier. De kosten waarvan de Stichting vergoeding vordert, moeten dan ook worden aangemerkt als betrekking hebbend op verrichtingen waarvoor de proceskostenveroordeling wordt geacht een vergoeding in te sluiten. De over de buitengerechtelijke kosten gevorderde wettelijke rente wordt tevens afgewezen.
9. zal, als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van de Stichting.
BESLISSING
De kantonrechter
_ L veroordeelt: tot afgifte – binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis – aan de Stichting van de bescheidéiïals—g-especificeerd-onder rechtsoverweging 6., zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom
van € 250,- voor iedere dag of gedeelte daarvan da hiermee in gebreke blijft;
veroordeelt tot betaling aan de Stichting, tegen behoorlijk bewijs van kwijting, van het bedrag van € 125,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 juli 2009 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt E in de proceskosten aan de zijde van de Stichting, tot op heden begroot op € 562,25 in totaal, gespecificeerd als hieronder aangegeven:
– griffierecht: € 90,00
– kosten dagvaarding: € 72,25
– salaris gemachtigde: € 400,00
één en ander, voor zover verschuldigd, inclusief BTW;
V. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
V. wijst het meer of anders gevorderde af.
Aldus gewezen door mr. J. Westhoff, kantonrechter en uitgesproken ter op nbare terechtzitting van 24 juli 2009 in tegenwoordigheid van de Off
De( kan onrechter
t‘nnforril
rechtbank amsterdam