SNCU ↔ Eco Star
vonnis
RECHTBANK S-GRAVENHAGE Sector kanton
Locatie ‘s-Gravenhage
JCG
Rolnr.: 947089/10-9360. 2 november 2010.
Vonnis in de zaak van:
de stichting STICHTING NALEVING CAO VOOR UITZENDKRACHTEN, gevestigd te Haarlemmermeer,
eiseres,
gemachtigde: mr.drs. Vergouwen,
tegen
- de besloten vennootschap ECO STAR B.V., gevestigd te ‘s-Gravenhage,
2. Isfendiyar POLAT,
wonende te ‘s-Gravenhage,
gedaagden,
gemachtigde: D. Sewkaransingh.
Eiseres wordt aangeduid als “SNCU”. Gedaagden worden afzonderlijk aangeduid als “Eco Star” en “Polat” en gezamenlijk als “Eco Star c.s.”.
Procedure
1.1
De kantonrechter heeft kennis genomen van de volgende stukken:
de dagvaarding van 25 maart 2010, met producties; de conclusie van antwoord;
de nader door SNCU in geding gebrachte productie.
1.2
Op 30 september 2010 heeft een comparitie van partijen plaatsgevonden. SNCU is daar verschenen in de persoon van mr. M.W.M. Heijlaerts (kantoorgenoot van de gemachtigde van SNCU) en van mr. G. Ayerdetn. Eco Star c.s. zijn niet ter comparitie verschenen.
Feiten
2.1
Door Eco Star wordt een onderneming gevoerd die valt onder de werking van de CAO voor Uitzendkrachten alsmede van de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche. Polat is bestuurder van Eco Star.
Vordering
3.1
SNCU vordert dat bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad Eco Star c.s. hoofdelijk worden veroordeeld:
- tot naleving van sub 2.1 aangehaalde CAO’s en meer precies tot overlegging van de stukken zoals gespecificeerd in de brief van SNCU van 15 oktober 2009;
- tot betaling van een bedrag van 100.000,– als forfaitaire schadevergoeding, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de dag der dagvaarding;
- tot betaling van een bedrag van E 1.785,– (incl. BTW) aan buitengerechtelijke kosten, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de dag der dagvaarding;
- tot betaling van de proceskosten aan de zijde van SNCU.
3.2
Aan haar vordering heeft SNCU ten grondslag gelegd dat Eco Star c.s. op grond van de toepasselijke regelgeving gehouden zijn om binnen een bepaalde termijn de door of vanwege SNCU verzochte medewerking (in dit geval de overlegging van de sub 3.1 onder 1 bedoelde stukken) te verlenen. Ondanks herhaalde aanmaningen zijn Eco Star c.s. evenwel in gebreke gebleven om de verzochte medewerking te verlenen. Nu Eco Star c.s. in het geheel niet de gevraagde medewerking hebben verleend, zijn zij conform vast beleid een forfaitaire schadevergoeding ad E 100.000,– verschuldigd.
Verweer
4.1
Eco Star c.s. betwisten de vordering van SNCU en concluderen tot afwijzing danwel matiging daarvan, kosten rechtens. Indien SNCU vermoedt dat Eco c.s. hun verplichtingen uit de toepasselijke CAO’s niet nakomen, dan is SNCU welkom voor een boekenonderzoek.
Beoordeling
5.1
Gelet op de stukken en het verhandelde ter comparitie staat genoegzaam vast dat Eco Star c.s. nog altijd nalatig zijn de ter zake verzochte medewerking te verlenen. Eco Star c.s. zijn gehouden deze medewerking (door overlegging van de sub 3.1 onder 1 bedoelde stukken) alsnog te verlenen. Gelet op het voorgaande zijn Eco Star c.s. een forfaitaire schadevergoeding verschuldigd ad E 100.000,– verschuldigd. Dit bedrag dient te warden vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente.
” src=”file:///C:\Users\annika\AppData\Local\Temp\7\OICE_61F42A57-D8C5-4894-8BF7-C4D06C7FB188.0\msohtmlclip1\01\clip_image019.png” v:dpi=”96″ v:shapes=”_x0000_s1042″> 5.2
Aangezien hem voldoende is gebleken van werkzaamheden welke vergoeding van de gevorderde buitengerechtelijke kosten ad E 1.785,– rechtvaardigen, zal de kantonrechter dit redelijk te achten bedrag (zonder wettelijke rente) toewijzen.
5.3
Eco Star c.s. zullen als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van SNCU.
Beslissing
De kantonrechter:
veroordeelt Eco Star c.s. hoofdelijk tot naleving van de sub 2.1 aangehaalde CAO’s en meer bijzonder tot overlegging van de stukken als bedoeld sub 3.1 onder 1;
veroordeelt Eco Star c.s. hoofdelijk, des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan SNCU te betalen een bedrag van E 101.785,–, vermeerderd met de wettelijke rente over een bedrag van E 100.000,– vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt Eco Star c.s. hoofdelijk, des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd, in de proceskosten aan de zijde van SNCU, tot op heden vastgesteld op een bedrag van C 1699,32, waarvan een bedrag van E 1.400,00 aan gemachtigdensalaris;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad; wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.C. Gerritse, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 2 november 2010.