SNCU ↔ Efe
vonnis
RECHTBANK DORDRECHT Sector kanton
Locatie Dordrecht
kenmerk: 266767 CV EXPL 10-10559
verstekvonnis van de kantonrechter te Dordrecht van 4 november 2010
in de zaak van:
de stichting Stichting Naleving CAO voor Uitzendkrachten
statutair gevestigd te Barendrecht
gemachtigde mr. M.H.D. Vergouwen, advocaat
eisende partij
tegen:
- 1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Efe
Personeelsdiensten B.V.
statutair gevestigd te Dordrecht kantoorhoudende Donderbergweg 105 6043 Di Roermond
- 2. , bestuurder van gedaagde sub 1
wonende
gedaagde partij, die niet heeft geantwoord of om uitstel heeft verzocht.
Verloop van de procedure
De kantonrechter heeft kennis genomen van de dagvaarding.
Geschil en de beoordeling daarvan
De vordering van de eisende partij, welke niet wordt weersproken, voldoet aan alle wettelijke vereisten en wordt niet onrechtmatig of ongegrond geoordeeld, zodat deze bij verstek
behoort te worden toegewezen.
De gedaagde partij wordt als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten
veroordeeld.
„
Beslissing
De kantonrechter:
veroordeelt de gedaagden hoofdelijk, des dat één betalende de ander zal zijn bevrijd, tot naleving van de CAO voor de Uitzendkrachten en de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche en meer precies tot overlegging van de stukken zoals gespecificeerd in de bief van eiseres van 15 juni 2010, zoals overgelegd als productie 5, dit binnen 2 maanden na betekening van dit vonnis zulks onder verbeurte van een dwangsom ad € 500,00 voor iedere dag dat gedaagden hiermee in gebreke gebleven;
veroordeelt de gedaagden hoofdelijk des dat één betalende de ander zal zijn bevrijd om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eiseres te voldoen de somma van € 100.000,– (zegge honderdduizend euro), als forfaitaire schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 5 oktober 2010 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de gedaagden hoofdelijk des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd in de buitengerechtelijke kosten ten bedrage van € 1.785,- inclusief BTW, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 5 oktober 2010 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de gedaagden hoofdelijk des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd in de kosten van deze procedure;
veroordeelt de gedaagden de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van de eisende partij bepaald op:
87,93 aan explootkosten
11,54 aan kosten GBAJKvK 208,00 aan griffierecht
700.00 aan salaris gemachtigde 1007,47 totale kosten;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.H. Gaertman, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 4 november 2010, in tegenwoordigheid van de griffier.