SNCU ↔ TULP UITZENDBUREAU B.V.

RECHTBANK AMSTERDAM
AFDELING PRIVAATRECHT
Kenmerk: 2252950 CV EXPL 13-20399
Datum: 29 augustus 2013

Vonnis in de zaak van:

de stichting STICHTING NALEVING CAO VOOR UITZENDKRACHTEN
statutair gevestigd te Barendrecht
eisende partij
gemachtigde: mr. M.H.D. Vergouwen

tegen

de besloten vennootschap TULP UITZENDBUREAU B.V.
statutair gevestigd te Amstelveen en kantoorhoudende te Amsterdam,
gedaagde partij
niet verschenen

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Bij exploot van dagvaarding van 25 juli 2013 heeft eisende partij gevorderd dat gedaagde partij zal worden veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 50.801,00 met nevenvordering(en), één en ander zoals in de dagvaarding nader omschreven.
Gedaagde partij heeft geen uitstel verzocht en evenmin uiterlijk op de in de dagvaarding vermelde terechtzitting geantwoord. Tegen gedaagde is verstek verleend.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

De vordering komt niet onrechtmatig of ongegrond voor, zodat deze toewijsbaar is, met inachtneming van het hierna volgende.
De dwangsom als gevorderd onder I van het petitum wordt gemaximeerd tot € 50.000,00.
Het onder III van het petitum geformuleerde wordt afgewezen als ongegrond nu het onbegrijpelijk is geformuleerd.
De buitengerechtelijke kosten worden ten hoogste toegewezen conform de op de onderhavige vordering toepasselijke maatstaven en het eventueel meer gevorderde wordt afgewezen.
Voor zover rente is gevorderd over buitengerechtelijke incassokosten en/of over rente (al dan niet opgenomen in de opgegeven hoofdsom) wordt deze rente afgewezen nu ter zake onvoldoende is gesteld.

De kantonrechter:

I. veroordeelt gedaagde tot naleving van de CAO voor de Uitzendkrachten en de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche indien en voor zover deze algemeen verbindend zijn verklaard, op straffe van een dwangsom van € 5.000,00 met een maximum van € 50.000,00 voor iedere dag dat zij daarmee vanaf twee weken na betekening van het vonnis in gebreke is;

II. veroordeelt de gedaagde partij aan de eisende partij te voldoen:
a. € 50.801,00, zoals genoemd in de brief van 27 juni 2012 binnen vier weken na betekening van het vonnis
b. € 1.707,08, ter zake van buitengerechtelijke kosten
c. € 13.500,00, als forfaitaire schadevergoeding
het onder c. genoemde bedrag vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot de voldoening.

III. veroordeelt de gedaagde partij in de kosten van het geding, tot deze uitspraak aan de zijde van eisende partij begroot op € 1.598,82, gespecificeerd als volgt:

Exploot € 102,82
Salaris € 600,00
Vastrecht € 896,00

Totaal € 1.598,82

voor zover van toepassing inclusief btw

IV. verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.

V. wijst het meer of anders gevorderde af.

Aldus gewezen door mr. F. van der Hoek, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 29 augustus 2013 in tegenwoordigheid van de griffier.