SFT ↔ City Tax
vonnis
RECHTBANK LIMBURG
zaaknummer: 518557 CV EXPL 1171/13
type: HP
coll: HP
vonnis van 19 juni 2013
in de zaak van
de stichting STICHTING SOCIAAL FONDS TAXI,
statutair gevestigd en kantoorhoudend te Culemborg,
eisende partij,
gemachtigde: mr. M.W.M. Heijlaerts, advocaat te Amsterdam,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid CITY-TAX MAASTRICHT B.V.,
statutair gevestigd
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid XXX BEHEER B.V.,
statutair gevestigd
3.
wonend te
gedaagde partij,
gemachtigde: gedaagde sub 3 namens alle gedaagden.
PROCESVERLOOP:
Door eisende partij is een dagvaarding ingediend, waarvan de inhoud als hier herhaald geldt, alsmede vonnis verzocht.
Ofschoon gedaagde partij hiertoe desgevraagd uitstel is verleend, heeft zij mondeling noch schriftelijk geantwoord.
Vervolgens is haar recht daartoe vervallen verklaard en vonnis bepaald, waarvan de uitspraak nader is gesteld op heden.
MOTIVERING:
De vordering ligt als niet c.q. niet voldoende weersproken voor toewijzing gereed, niet dien verstande dat de gevorderde dwangsom zal worden gemaximaliseerd als in het dictum bepaald.
BESLISSING:
I. Veroordeelt gedaagde partij tot naleving van de CAO Taxivervoer en de CAO SFT en meer precies tot overlegging van de stukken zoals genoemd in de brief van eisende partij d.d. 26 mei 2011 die als productie 4 is overgelegd, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van C 250,00 voor iedere dag dat gedaagde partij met enig onderdeel van het gevorderde in gebreke blijft, totdat volledig aan de vordering is voldaan, met bepaling dat boven een bedrag van E 25.000,00 geen dwangsom meer wordt verbeurd;
II. Veroordeelt gedaagde partij om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eisende partij te voldoen de somma van C 25.567,92 als forfaitaire schadevergoeding, te vermeerderen niet de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 14 februari 2013 tot aan de dag der algehele voldoening;
III. Veroordeelt gedaagde partij in de buitengerechtelijke kosten ten bedrage van E 1.210,00 inclusief btw, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 14 februari 2013 tot aan de dag der algehele voldoening;
IV. Veroordeelt gedaagde partij tot betaling van de proceskosten, aan de zijde van eisende partij tot de datum van dit vonnis begroot op E 1.599,50, waarin begrepen een bedrag van 400,00 aan salaris gemachtigde.
Verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad. Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. HENZEN, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken.
HPe