SFT ↔ Connect-Taxi
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Afdeling Privaatrecht
Sectie Kanton – locatie Alkmaar
Zaaknummer/rolnummer: 2532278 \ CV EXPL 13-4625 (PA)
Uitspraakdatum: 26 februari 2014
Vonnis in de zaak van:
De stichting Stichting Sociaal Fonds Taxi,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Culemborg
eisende partij
verder ook te noemen: SFT
gemachtigde: mr. M.W.M. Heijlaerts, advocaat te Amsterdam
tegen
1. de vennootschap onder firma Connect-Taxi
voorheen gevestigd te Noord-Scharwoude, gemeente Langedijk
2. XXX voormalig vennoot van gedaagde sub 1 wonende te,
3. XXX, voormalig vennoot van gedaagde sub 1 wonende te
gedaagde partijen
verder ook te noemen: Connect-Taxi
XXX procederend in persoon, mede namens gedaagde sub 1 en gedaagde sub 3.
Het procesverloop
1. SFT heeft bij dagvaarding van 29 oktober 2013 een vordering ingesteld. Connect-Taxi heeft mondeling geantwoord en producties overgelegd. Na beraad heeft de kantonrechter bij vonnis van 20 november 2013 een verschijning van partijen ter terechtzitting bevolen. Die zitting heeft plaatsgevonden op 23 januari 2014, waar voor SFT is verschenen M. Klaver, bijgestaan door mr. Heijlaerts, en waar voor Connect-Taxi is verschenen XXX, bijgestaan door XXX. Vervolgens is bepaald dat vandaag uitspraak zal worden gedaan.
De feiten
2. SFT verricht controles in de bedrijfstak taxivervoer gericht op de correcte naleving van de CAO Taxivervoer (hierna te noemen: CAO). Deze CAO is op 19 april 2012 algemeen verbindend verklaard. Connect-Taxi drijft een onderneming gericht op het personenvervoer en valt op grond van artikel 1 van de CAO onder de werkingssfeer van de CAO.
3. Naast bovengenoemde CAO is er een CAO Taxivervoer Sociaal Fonds (hierna te noemen: CAO SFT) algemeen verbindend verklaard bij besluit van 1 april 2010. Op grond van artikel 1 van de CAO SFT valt Connect-Taxi eveneens onder de werking van deze cao.
4. Ingevolge artikel 3 lid 1 sub b.l. van de statuten van de SFT heeft SFT onder meer tot doel:
“het houden van toezicht op de naleving van de kernbepalingen van de GAO Taxivervoer in samenhang met andere wettelijke bepalingen en in samenwerking met de daarvoor geëigende instanties”
5. De voorwaarden waaronder en werkwijze waarop het SFT haar werkzaamheden en activiteiten dient uit te voeren, zijn vastgelegd in een reglement (hierna te noemen: het Reglement). In artikel 9 van het Reglement is onder meer het volgende bepaald:
Artikel 9
(…)
2. Indien een werkgever na ingebrekestelling door of namens het SET gedurende ten minste 14 dagen nalatig blijft de vanwege het SET verzochte gegevens met betrekking tot de wijze waarop hij de GAO naleeft te verstrekken, dan wei onjuiste gegevens verstrekt, is hij verplicht door dat enkele feit aan het SET een forfaitaire schadevergoeding te betalen. (…)
3. Indien een werkgever na ingebrekestelling door of namens het SET gedurende ten minste 14dagen volhardt bij het niet naleven van de GAO op de in de ingebrekestelling vermelde punten, is hij onverminderd het gestelde onder 2 verplicht aan het SET een door deze Stichting te bepalen schadevergoeding te betalen.
(…)”
In artikel 9b lid 1 van het Reglement is de wijze van berekening van de forfaitaire schadevergoeding vastgelegd.
6. Bij brief van 4 juli 2012 heeft SFT Connect-Taxi onder meer gerapporteerd over het onderzoek dat op 2 juli 2012 heeft plaatsgevonden bij Connect-Taxi. Bij het onderzoek heeft SFT overtredingen geconstateerd ten aanzien van loon, verlof en arbeidstijdenadministratie. SFT heeft Connect-Taxi verzocht de overtredingen te corrigeren en heeft zij tevens verzocht ontbrekende stukken te overleggen.
7. Op 17 januari 2014 heeft SFT een bezoek gebracht aan Connect-Taxi. Het geschil
8. SFT vordert — na vermindering van eis — betaling van een bedrag van € 4.495,86 van Connect-Taxi. Daarbij stelt SFT kort weergegeven — dat Connect-Taxi, ondanks herhaaldelijke verzoeken, de gevraagde bescheiden niet heeft toegezonden. Uiteindelijk is op 17 januari 2014 geconstateerd dat alles in orde is. Vanwege het verzuim maakt SFT aanspraak op de forfaitaire schadevergoeding ad € 3.431,44, zijnde 1/4 van het oorspronkelijke bedrag, berekend over de periode 19 november 2012 tot en met 17 januari 2014. SFT heeft zich genoodzaakt gezien haar gemachtigde in te schakelen, reden waarom SFT tevens aanspraak maakt op de buitengerechtelijke kosten ad 1.064,42 inclusief BTW.
9. Connect-Taxi heeft verweer gevoerd. Daartoe stelt Connect-Taxi — samengevat dat de door SFT verzochte stukken reeds in januari 2013 zijn verzonden en dat hij derhalve niet in verzuim is.
10. Bij de beoordeling zal zo nodig nog nader op de standpunten van partij en worden ingegaan.
De beoordeling
11. Vast staat dat SFT bij brieven van 4 juli 2012, 3 oktober 2012, 18 oktober 2012 en 5 november 2012 aan Connect-Taxi heeft verzocht de benodigde stukken aan te leveren. Connect Taxi heeft op 18 februari 2013 een aantal stukken verstuurd. SFT heeft daarop bij brief van 4 maart 2013 Connect Taxi verzocht een aantal ontbrekende stukken alsnog te overleggen. Op 12 juni 2013 heeft Connect Taxi weer een aantal stukken verstuurd. Bij brief van 17 juni 2013 heeft SFT Connect Taxi wederom aangeschreven en verzocht om de ontbrekende stukken te overleggen. Dit verzoek is door SFT herhaald bij brief van 28 augustus 2013. Het door Connect-Taxi gevoerde verweer dat zij alle stukken al in januari 2013 aan SFT zou hebben verstrekt, zal, gelet op het bovenstaande, als onvoldoende gemotiveerd en feitelijk onderbouwd worden gepasseerd. Immers, gelet op de door SFT overgelegde brieven, mocht Connect-Taxi er naar het oordeel van de kantonrechter niet op vertrouwen dat zij alle benodigde bescheiden had verstrekt of dat SFT de stukken van Connect-Taxi had ontvangen. Door Connect-Taxi zijn ook geen stukken overgelegd waaruit zou kunnen blij ken dat de betreffende stukken in het bezit van SFT zijn gekomen. De kantonrechter is van oordeel dat SFT Connect-Taxi voldoende gelegenheid heeft geboden om de gevraagde stukken te overleggen. Ter zitting heeft SFT aangegeven dat er op 17 januari 2014 een controle heeft plaatsgevonden bij Connect-Taxi en dat zij thans over alle door haar benodigde bescheiden beschikt en dat zij geen belang meer heeft bij afgifte van bescheiden. SFT heeft haar vordering op dit punt dan ook verminderd.
12. Nu Connect-Taxi de benodigde stukken niet op tijd heeft overgelegd en daarmee niet heeft voldaan aan haar verplichting om aan te tonen dat zij de bepalingen van de voornoemde CAO’s naleeft, is zij gelet op het bepaalde in artikel 9 van het Reglement, een forfaitaire schadevergoeding verschuldigd geworden. Ter zitting heeft SFT voormeld schadebedrag reeds gematigd tot een bedrag van € 3.431,44, zijnde 25% van het oorspronkelijke bedrag. De kantonrechter ziet in de stellingen van partijen aanleiding om de forfaitaire schadevergoeding verder te matigen. De kantonrechter overweegt daartoe dat artikel 9 lid 3 van het Reglement ruimte biedt voor matiging op grond van de omstandigheden van het geval, waaronder de aard, de omvang en de duur van de niet-naleving. De kantonrechter acht daarbij van belang dat de CAO correct is nageleefd en dat de administratie van Connect-Taxi in orde is. Er heeft slechts een beperkte correctie plaatsgevonden met betrekking tot pensioenafdrachten. Mede gelet op de omvang van het bedrijf en voornoemde omstandigheden zal de kantonrechter de door SFT gevorderde vergoeding matigen tot een bedrag van € 2.000,00.
13. De gevorderde buitengerechtelijke kosten komen voor toewijzing in aanmerking en wel, uitgaande van het toewijsbare bedrag, tot een bedrag van € 363,00. De wettelijke rente hierover zal worden toegewezen vanaf de dag van dagvaarding (29 oktober 2013).
14. Nu gedurende de onderhavige procedure het onderzoek is afgerond en niet gebleken is dat Connect-Taxi de gevraagde bescheiden eerder aan SFT heeft verstrekt, heeft SFT Connect-Taxi terecht in rechte betrokken. Dit betekent dat Connect-Taxi in de proceskosten van SFT zal worden veroordeeld.
De beslissing
De kantonrechter:
Veroordeelt Connect-Taxi hoofdelijk, in die zin dat als de een betaalt de ander zal zijn bevrijd, om aan SFT tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van
€ 2.000,00 als forfaitaire schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 29 oktober 2013 tot de dag van betaling.
Veroordeelt Connect-Taxi, hoofdelijk zoals hiervoor vermeld, om aan SFT tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van € 363,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 29 oktober 2013 tot de dag van betaling.
Veroordeelt Connect-Taxi, hoofdelijk zoals hiervoor vermeld, in de proceskosten, die tot heden voor SFT worden vastgesteld op een bedrag van € 943,64 (€ 102,82 + € 92,82 aan dagvaardingskosten, € 448,00 aan griffierecht en een bedrag van € 300,00 voor salaris van de gemachtigde van SFT).
Verklaart deze veroordeling(en) uitvoerbaar bij voorraad. Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.G. Vroom, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en op 26 februari 2014 in het openbaar uitgesproken.